De definitieve conceptkerndoelen kun je vinden in het kerndoelenboekje digitale geletterdheid en burgerschap. Alle documenten met betrekking tot de oplevering van de definitieve conceptkerndoelen burgerschap digitale geletterdheid, inclusief de toelichtingsdocumenten aan het ministerie van OCW vind je op de website van SLO. De definitieve conceptkerndoelen digitale geletterdheid en burgerschap staan daarnaast ook op opendata.slo.nl.
Een team van leraren en vakexperts po en vo, curriculumexperts en een procesregisseur ontwikkelde in 12 maanden tijd actuele kerndoelen voor burgerschap. Naast dit team is een advieskring ingericht die op vaste momenten reflecteerde op de tussenproducten. De advieskring bestond uit vertegenwoordigers van organisaties die betrokken zijn bij burgerschapsonderwijs. Zij hebben een brede kijk op het leergebied en inzicht in de opvattingen van de achterban. Het gaat om vakverenigingen, lerarenopleidingen, (vak)netwerken/steunpunten of voor burgerschap relevante maatschappelijke organisaties.
Het team heeft daarnaast ook experts op persoonlijke titel geraadpleegd, zoals (vak)inhoudelijk experts en hoogleraren. Voor organisaties als leermiddelenmakers zijn aanvullende bijeenkomsten, zoals gesprekstafels, en een uitgeversmiddag georganiseerd.
Na oplevering zijn de conceptkerndoelen beproefd in de onderwijspraktijk. Meer dan 180 scholen en vakexperts gaven feedback. De wetenschappelijke curriculumcommissie evalueerde in opdracht van het ministerie van OCW eveneens de kwaliteit. Op basis hiervan zijn de conceptkerndoelen aangepast. Hierbij is de aanvullende opdracht meegenomen.
SLO heeft de definitieve conceptkerndoelen digitale geletterdheid en burgerschap opgeleverd aan het ministerie van OCW. Het ministerie moet ze nog vastleggen in wet- en regelgeving. De verwachting is dat de invoering start vanaf schooljaar 2027–2028, met een overgangsperiode. Uiterlijk augustus 2031 moeten alle scholen hun onderwijsaanbod hebben aangepast. Tot die tijd kunnen scholen er al mee oefenen en hun onderwijs versterken. Wanneer de kerndoelen wettelijk vastgesteld zijn, gelden deze doelen voor alle scholen in Nederland. Dat betekent dat in principe alle leerlingen hiermee te maken krijgen. Keuzes over de inrichting, didactiek en pedagogiek van onderwijs blijven natuurlijk aan scholen zelf.
Op 6 maart 2024 zijn de conceptkerndoelen burgerschap aangeboden aan demissionair minister Mariëlle Paul. Na het opleveren van de conceptkerndoelen burgerschap heeft het ministerie van OCW de juridische haalbaarheid van de doelen nader onderzocht. Hierbij is ook de verhouding tussen de burgerschapsopdracht en de conceptkerndoelen burgerschap bestudeerd. Daarnaast is gekeken in hoeverre de formulering van de conceptkerndoelen burgerschap werkbaar is voor het toezicht op scholen. Het ministerie van OCW heeft vervolgens een aantal aanwijzingen gegeven die gevolgen hebben voor de conceptkerndoelen burgerschap. De aanwijzingen hebben met name betrekking op de eerste drie kerndoelen en op de gebruikte terminologie. In het addendum (september 2024) wordt nader toegelicht hoe SLO deze aanwijzingen heeft doorgevoerd, en welk effect dit heeft op de conceptkerndoelen burgerschap die in de fase van beproeven met het onderwijsveld op bruikbaarheid beproefd zijn.
Na oplevering zijn de conceptkerndoelen beproefd in de onderwijspraktijk. Meer dan 180 scholen en vakexperts gaven feedback op de bruikbaarheid van de conceptkerndoelen. De wetenschappelijke curriculumcommissie evalueerde in opdracht van het ministerie van OCW eveneens de kwaliteit. Alle feedback is gewogen en gewaardeerd, waarna aanpassingen zijn gedaan.
Naar aanleiding van het hoofdlijnenakkoord (Kabinet Schoof) kreeg SLO een aanvullende opdracht van het ministerie van OCW om de kerndoelen meer in samenhang te presenteren, met extra focus op lezen, schrijven en rekenen.
Deze opdracht hebben we samen met de uitkomsten uit de fase van beproeven verwerkt in de definitieve conceptkerndoelen: het aantal kerndoelen is verminderd, maar de gewenste concrete uitwerking is behouden.
De verwachting is dat de invoering van de kerndoelen burgerschap en digitale geletterdheid start vanaf schooljaar 2027–2028, met een overgangsperiode. Uiterlijk augustus 2031 moeten alle scholen hun onderwijsaanbod hebben aangepast. Tot die tijd kunnen scholen er al mee oefenen en hun onderwijs versterken. Wanneer de kerndoelen wettelijk vastgesteld zijn, gelden deze doelen voor alle scholen in Nederland. Dat betekent dat in principe alle leerlingen hiermee te maken krijgen. Keuzes over de inrichting, didactiek en pedagogiek van onderwijs blijven natuurlijk aan scholen zelf. Het ministerie van OCW zal bij de formele invoering melden op welk moment iedere school aan de nieuwe kerndoelen wordt gehouden. Scholen hoeven niet tot 2027 te wachten om met deze kerndoelen te gaan werken. Zij kunnen er per direct mee aan de slag.
Ja, je kunt nu al met de kerndoelen op jouw school aan de slag. Zolang de kerndoelen nog niet in de wet zijn opgenomen, hebben deze alleen nog geen formele status. Scholen die nu al met de nieuwe kerndoelen willen werken of zich daarop willen voorbereiden, kunnen aan de slag. Via SLO is informatie beschikbaar over curriculumontwikkeling op school, het versterken van de basisvaardigheden en over de (in ontwikkeling zijnde) leerlijnen en voorbeeldmatige uitwerkingen:
Ja, ook met deze kerndoelen blijft er ruimte voor de eigen schooldoelen. De totale set kerndoelen beschrijft inhouden voor ongeveer 70% van het totale curriculum. Dat betekent dat er ruimte blijft voor iedere school om te bepalen waar zij extra accenten willen leggen en hoe zij de beschikbare onderwijstijd willen verdelen over de leergebieden. Dat kan per school, populatie en context verschillen. Het landelijk curriculum moet ook ruimte laten om aan eigen doelen te werken en de schoolidentiteit vorm te geven.
De kerndoelen voor het primair onderwijs en voor de onderbouw van het voortgezet onderwijs zijn gelijktijdig ontwikkeld om tot een goede doorlopende leerlijn te komen. Tijdens de ontwikkelfase en de fase van beproeven hebben de verschillende leergebieden afgestemd om overlap te voorkomen. Er zijn ook inhouden die vanuit de werkopdracht in alle leergebieden aandacht krijgen, zoals geletterdheid en gecijferdheid. De totale set kerndoelen vormt een inhoudelijk samenhangend geheel.
De manier waarop de kerndoelen uiteindelijk op school worden aangeboden, is de expertise en verantwoordelijkheid van scholen en leraren. Daar hoort ook de keuze bij voor het realiseren van samenhang tussen leergebieden.
Tijdens het ontwikkelproces van de kerndoelen heeft afstemming plaatsgevonden met de vakvernieuwingscommissies die momenteel de examenprogramma's actualiseren. Waar nodig zijn aanvullende uitwerkingen opgenomen gericht op het derde leerjaar van de onderbouw havo - vwo.
De kerndoelen zijn door SLO opgeleverd aan het ministerie van OCW. Het ministerie moet ze nog vastleggen in wet- en regelgeving. De verwachting is dat de invoering start vanaf schooljaar 2027–2028, met een overgangsperiode. Uiterlijk augustus 2031 moeten alle scholen hun onderwijsaanbod hebben aangepast. Tot die tijd kunnen scholen er al mee oefenen en hun onderwijs versterken. Daarna zijn de kerndoelen definitief in wetgeving (algemene maatregel van bestuur) vastgelegd en worden deze gepubliceerd in de Staatscourant.
De Onderwijsinspectie houdt toezicht op de naleving van de wettelijke eisen van de kerndoelen (2006) en de burgerschapsopdracht. Kerndoelen staan ook momenteel al in de wet.
Specifiek voor burgerschap gaat de inspectie na of het burgerschapsonderwijs doelgericht, samenhangend en herkenbaar is. Daarbij kijkt zij of de bevordering van basiswaarden en sociale en maatschappelijke competenties zichtbaar zijn en of aan de relevante kerndoelen wordt voldaan. Andere elementen waar de inspectie in navolging van de wet op let, zijn de schoolcultuur (worden de basiswaarden hier weerspiegeld en kunnen leerlingen oefenen met burgerschap?) en de wijze waarop de burgerschapscompetenties van leerlingen worden gemonitord.
In die zin verandert er met de geactualiseerde kerndoelen voor burgerschap en digitale geletterdheid niets in het toezicht. Alleen de inhoud van de kerndoelen waarop het toezicht zich richt zal veranderen, door de actualisatie van de kerndoelen. Scholen hebben tot 2031 de tijd om hier volledig aan te voldoen.
Scholen en leraren kunnen de nieuwe kerndoelen alvast ervaren en zo goed mogelijk vertalen naar de situatie in hun eigen klaslokaal. Vanaf dit najaar biedt het ministerie van OCW ondersteuning hierbij, in samenwerking met onder meer SLO, sectorraden, vakverenigingen, lerarenopleidingen, kennisinstellingen en ontwikkelaars van leermiddelen en toetsen.
SLO is in 2022 gestart met de actualisatie van de vier basisvaardigheden: Nederlands, rekenen en wiskunde, burgerschap en digitale geletterdheid. Dit was een politieke keuze, omdat er veel aandacht is voor de versterking van de basisvaardigheden. Want basisvaardigheden moeten structureel goed omschreven staan in het curriculum. De minister van po en vo gaf SLO in het voorjaar van 2023 de opdracht om ook te starten met de actualisatie van de vijf overige leergebieden. Dat zijn bewegen en sport, kunst en cultuur, mens en maatschappij, mens en natuur en moderne vreemde talen. Ieder kerndoelenteam ontwikkelt in ongeveer 12 maanden een set conceptkerndoelen voor dat leergebied.
Nadat de kerndoelenteams dat hebben opgeleverd, start SLO met de volgende fase: het beproeven op bruikbaarheid in de onderwijspraktijk. Scholen geven dan feedback op de conceptkerndoelen. De opbrengsten van deze fase worden verwerkt in de definitieve conceptkerndoelen.
Meer weten? Bekijk de infographic. Daarin vind je tijdlijnen en meer informatie over iedere fase.
De conceptkerndoelen bestaan uit aanbodsdoelen (gericht op de school) en beheersings- en ervaringsdoelen (gericht op de leerling). Ze beschrijven de inhouden van het onderwijs in termen van kennis, vaardigheden en houdingen en bevatten een zogenaamde doelzin en uitwerking. Hiermee wordt de opdracht aan de school concreter geformuleerd en wordt duidelijk omschreven wat iedere leerling eind groep 8 en aan het eind van de onderbouw in het voortgezet onderwijs moet kennen, kunnen en ervaren. Deze doelen gelden eveneens voor alle leerlingen in het (voortgezet) gespecialiseerd onderwijs met het uitstroomprofiel vervolgonderwijs.
De huidige kerndoelen zijn ruim en globaal beschreven, waardoor ze leraren nauwelijks houvast geven. De nieuwe conceptkerndoelen zijn daarom concreter geformuleerd. Ze kennen bovendien een vaste opbouw. Elk kerndoel begint met het doel op hoofdlijnen. Deze doelzin beantwoordt drie vragen:
Onder elke doelzin staat een uitwerking, onder het kopje ‘het gaat hierbij om’. De doelzin en deze uitwerking zijn een logisch, consistent en afgebakend geheel, en vormen het wettelijke doel. Tot slot is bij ieder doel nog een inhoudelijke toelichting gegeven. Onder het kopje ‘te denken valt aan’ staan voorbeelden van toepassingen of mogelijke contexten waarbinnen aan het doel kan worden gewerkt. Deze toelichting is voorbeeldmatig en het is geen onderdeel van de formele kerndoelen. Een leraar kan dus zelf invulling geven aan de manier waarop er aan het doel wordt gewerkt.
We hebben definitieve conceptkerndoelen ontwikkeld voor het primair onderwijs, de onderbouw van het voorgezet onderwijs en het (voortgezet) gespecialiseerd onderwijs. Daarnaast is ervoor gekozen om bij een aantal kerndoelen ook aanvullende kerndoelen en/of uitwerkingen voor leerjaar 3 van havo en vwo te formuleren, als een goede doorstroom naar de bovenbouw havo en vwo hierom vraagt.
Ja, ook met deze conceptkerndoelen blijft er ruimte voor de eigen schooldoelen. De totale set conceptkerndoelen beschrijft inhouden voor ongeveer 70% van het totale curriculum. Dat betekent dat er ruimte blijft voor iedere school om te bepalen waar zij extra accenten willen leggen en hoe zij de beschikbare onderwijstijd willen verdelen over de leergebieden. Dat kan per school, populatie en context verschillen. Het landelijk curriculum moet ook ruimte laten om aan eigen doelen te werken en de schoolidentiteit vorm te geven.
Wanneer de kerndoelen wettelijk vastgesteld zijn, gelden deze doelen voor alle scholen in Nederland. Dat betekent dat in principe alle leerlingen hiermee te maken krijgen. Keuzes over de inrichting, didactiek en pedagogiek van onderwijs blijven natuurlijk aan scholen zelf.
Voor leerlingen die zeer moeilijk lerend zijn of een meervoudige beperking hebben, ontwikkelt SLO functionele kerndoelen. Het gaat hier ook om de leerlingen die uitstromen naar de arbeidsmarkt en dagbesteding. Functionele kerndoelen zijn praktijkgericht en gericht op relevantie voor werk/dagbesteding en een passende plek in de maatschappij. Functionele kerndoelen gelden als streefdoelen. Een school kan een beredeneerd onderwijsaanbod samenstellen afgestemd op het leerpotentieel van de leerling.
De werkopdracht geeft aan dat geactualiseerde kerndoelen aan moeten sluiten bij actuele ontwikkeling in samenleving en onderwijs. Daarnaast dienen kerndoelen concreter te worden, zodat ze beter aangeven wat leerlingen moeten kennen, kunnen en ervaren. Dit betekent dat de methodes waar nodig geactualiseerd zullen worden. SLO betrekt daarom leermiddelenmakers vanaf het begin bij de actualisatie en informeert hen van de ontwikkelingen per leergebied. Het blijft de verantwoordelijkheid van de school om de kerndoelen te realiseren, ongeacht welke methode daarbij wordt gebruikt.