In de actualisatie van het leergebied Nederlands is niet ingegaan op de het Referentiekader taal en rekenen. SLO heeft na oplevering van de definitieve conceptkerndoelen en conceptexamenprogramma's Nederlands analyses uitgevoerd naar de relatie tussen de genoemde conceptcurricula en het huidige Referentiekader Taal en Rekenen. De uitkomst van de analyses vormde de basis voor scenario's en adviezen over een toekomstige invulling van referentieniveaus. Het adviesrapport is aangeboden aan OCW en vormt de basis voor een werkopdracht aan SLO om referentieniveaus te actualiseren.
Het is belangrijk dat leerlingen correct leren spellen en inzicht krijgen in hoe het taalsysteem in elkaar zit. Het blijft essentieel om daar met leerlingen naar toe te werken. Het traditionele onderwijs in grammatica leidt echter niet tot inzicht in het taalsysteem, terwijl dat enorm ondersteunend kan zijn voor leerlingen: wie snapt hoe het taalsysteem in elkaar zit, wordt een bewustere taalgebruiker en kan die kennis flexibel inzetten. Om die reden is er gekozen voor een andere benadering van grammatica-onderwijs in de nieuwe kerndoelen.
Ter illustratie: leerlingen krijgen inzicht in de functie en betekenis van het lijdend voorwerp door hen zelf te laten nadenken welke informatie en betekenis dit zinsdeel heeft in een zin. Ze verkennen bijvoorbeeld waarom een krantenkop zonder een lijdend voorwerp niet informatief genoeg is (politie onderschept bij grensovergang). Dat is zinvoller dan vormoefeningen waarbij ze het trucje moeten toepassen om het correcte zinsdeel te onderstrepen. Ook denken leerling na over de contexten waarin een verkleinwoord als ‘jasje’ wordt gebruikt en waarom het woord ‘vonnisje’ niet gebruikelijk is, alvorens instructie te krijgen in de verschillende uitgangen van het verkleinwoord.
De bedoeling van de nieuwe kerndoelen Nederlands is dat leerlingen inzicht krijgen in de systematiek van taal en het gebruik van taal verkennen. Dat betekent dat het beschouwen van de relatie tussen vorm en betekenis van taal altijd voorop staat en dat begrippen, strategieën en regels geen op zichzelf staand doel zijn, maar hulpmiddelen bij het denken en praten over spelling en grammatica. De inzichten in de systematiek van taal kunnen leerlingen opdoen tijdens betekenisvolle taalbeschouwingsactiviteiten, om deze inzichten vervolgens toe te passen bij het begrijpen en produceren van zakelijke en literaire teksten en het voeren van gesprekken.
Correct leren spellen is een technische vaardigheid die kinderen nog steeds onder de knie moeten krijgen. Leerlingen moeten een regel leren beheersen (inzoomen) en daarnaast ook inzicht krijgen in die regel binnen het taalsysteem (uitzoomen). Ze ontdekken bijvoorbeeld het verschil in betekenis tussen “Stop, niet schrijven” en “Stop niet, schrijven” en krijgen inzicht in de opbouw van woorden, waardoor ze niet tampasta schrijven, maar tandpasta omdat het gaat om pasta voor hun tanden.
Hoe woorden worden gespeld en zinnen worden geformuleerd is te beredeneren vanuit kennis over het systeem van taal (grammatica). Je schrijft niet hij verhuisd, omdat die vorm niet past bij de functie van het zinsdeel (persoonsvorm). Door hierbij stil te staan werk je aan spellingbewuste en -vaardige leerlingen. Bij het reviseren van zelfgeschreven teksten gebruiken leerlingen hun inzicht in spelling, formulering en interpunctie.
Beide opties zijn mogelijk: je kunt zowel met als zonder leermiddelen onderwijs geven dat gebaseerd is op de nieuwe kerndoelen Nederlands. Het is aan de school om vakdidactische keuzes te maken en leermiddelen te kiezen die passen bij het eigen onderwijsconcept en de eigen populatie, situatie en ambities. De kerndoelen voor het leergebied Nederlands beschrijven alleen wat volgens de wet in het taalonderwijs of het schoolvak Nederlands aan de orde moet komen: wat dienen leerlingen te kennen en kunnen aan het eind van groep 8, eind onderbouw vo? Vanuit deze wettelijke kaders moet je opnieuw naar je onderwijsaanbod kijken om vast te stellen of dat aanbod nog passend is bij de nieuwe bedoeling.
Bespreek met je team vragen als: wat bieden we al aan, wat nog niet, voor welke onderdelen kunnen we leunen op onze bestaande leermiddelen, voor welke onderdelen hebben we nieuw materiaal nodig of gebruiken we eigen materiaal? Om je te ondersteunen bij dit gesprek kun je voor het leergebied Nederlands gebruik maken van het recent ontwikkelde Kwaliteitskader Leermiddelen Taal / Nederlands. Je kunt deze gratis downloaden.
In de nieuwe kerndoelen Nederlands wordt gesteld dat scholen het gebruik van rijke teksten moeten stimuleren. In de begrippenlijst bij de kerndoelenbundels is het begrip ‘rijke tekst’ omschreven.
Het gebruik van rijke teksten is expliciet in de kerndoelen Nederlands opgenomen omdat we uit onderzoek weten dat leerlingen een rijke taalomgeving nodig hebben om hun taalcompetentie in het Nederlands effectief te ontwikkelen. Bovendien draagt een taal- en kennisrijke omgeving bij aan de kansengelijkheid van leerlingen. Zo’n omgeving ontstaat als er op school een divers aanbod aan rijke contexten en teksten is en als de school het belang en het plezier rondom taal uitstraalt. Rijke contexten en teksten stimuleren de cognitieve ontwikkeling van leerlingen en hun interesse en motivatie om te lezen, te schrijven en te spreken. Ze dagen leerlingen uit om na te denken, verbanden te leggen, kritisch te denken en complexe ideeën te begrijpen.
Betekent dit dat je altijd rijke teksten moet gebruiken in je onderwijs? Wel zoveel mogelijk: dit is het doel waarnaar we streven. Lees altijd rijke jeugd of ya-literatuur voor. In je leesonderwijs kun je als scaffold best eens een aangepast tekst gebruiken om bijvoorbeeld een bepaalde tekststructuur helder te illustreren. Bovendien gaat het er ook om wat je leerlingen met een tekst laat doen: als je eenvoudige opzoekvragen stelt bij een rijke tekst, stimuleer je alsnog niet de kennis- en taalontwikkeling. Het is dus ook belangrijk om na te denken over rijke taken bij je teksten.
Betekent het stimuleren van rijke teksten ook dat leerlingen alleen maar griffelboeken of literatuur zelf mogen lezen? Nee hoor: het is prima om met bijvoorbeeld een reeks serieboeken het leesplezier aan te zetten, maar ook daar geldt: het lezen van rijke boeken is het doel waarnaar we streven. In de kerndoelen wordt daarom gesproken van het aangaan van nieuwe leesuitdagingen: stimuleer dus ook bij het vrij lezen dat leerlingen steeds rijkere teksten gaan lezen.
De nieuwe kerndoelen voor het leergebied Nederlands benadrukken dat kennis van de wereld nodig is om taalcompetent te worden. Taalontwikkeling gaat niet alleen over het opdoen van kennis over taal en ons taalsysteem maar ook over het leren begrijpen en interpreteren van teksten, in allerlei verschijningsvormen. Leerlingen moeten gesproken en geschreven teksten kunnen begrijpen, verwerken, erop reageren. Als een leerling geen kennis heeft over zichzelf, de ander en de wereld is het moeilijk om teksten te begrijpen, met elkaar in gesprek te gaan of teksten te produceren.
Ook binnen de andere leergebieden bouwen leerlingen via taal wereldkennis op. Door rijke teksten over inhouden uit het leergebied te lezen en over deze inhoud te spreken en te schrijven, verwerven ze deze inhouden en vergroten ze tegelijkertijd hun begrip van de wereld en hun taalcompetentie in het Nederlands (hun tekstbegrip, woordenschat en taalvaardigheid). Zowel in de geactualiseerde kerndoelen van de andere leergebieden als in die van het leergebied Nederlands is daarom benadrukt dat er overal en altijd aan de taalcompetentie van leerlingen kan worden gewerkt.